Kopstuk Taghi-bende gepakt in Montenegro

23 mei 2022 Telegraaf

Een team van de landelijke recherche heeft een van de laatste voortvluchtige kopstukken uit de misdaadorganisatie van Ridouan Taghi opgespoord en laten arresteren in Montenegro. Het gaat om Boris P. (45), alias de Bosniër, die door justitie wordt gezien als de ’CEO van de divisies geweld en financiën’ van de mocromaffia.

Kopstuk Taghi-bende gepakt in Montenegro

De aanhouding had heel wat voeten in de aarde. P. verdween spoorloos toen hij in de gaten kreeg dat politie en openbaar ministerie fel jagen op de handlangers van Taghi. Deze klopjacht leidde de afgelopen jaren al tot aanhoudingen van kopstukken in binnen- en buitenland.

De recherche was erg gebrand op Boris P. omdat hij in de ogen van justitie de machtsstructuur van de organisatie van Taghi in stand hield. ’Hij paste op de winkel”, aldus een rechercheur. „Hij zorgde dat het verdienmodel van de criminele organisatie in stand bleef, controleerde of drugstransporten doorgang vonden en verstrekte mogelijk ook geweldsopdrachten.”

Raad van bestuur van de mocromaffia

Daardoor bleef de groepering volgens politie en OM een gevaar vormen. De ontmanteling van de aan Taghi toegeschreven tak van de mocromaffia verloopt volgens plan, meent justitie. Wereldwijd zijn leiders opgepakt, zoals Saïd Razzouki in Colombia, Gerel Palm in Brazilië,  Jaouad F in Marokko, Gregory Fraser op Curaçao en de gebroeders Mao Romo en Mario Romo in Suriname.

Volgens het landelijk parket, dat de aanhouding van P. bevestigt, zal om uitlevering van P. worden gevraagd. Hij wordt dan in de extra beveiligde inrichting in Vught geplaatst, waar inmiddels bijna de volledige ’raad van bestuur’ van de mocromaffia vastzit. Overigens staan er nog wat namen op het verlanglijstje van de recherche. Politieteams speuren in binnen- en buitenland naar handlangers en ’rechterhanden’ van Taghi.

Ontmantelen

De landelijke recherche heeft als doel de volledige top te ontmantelen en langdurig achter de tralies te krijgen omdat men ervan uitgaat dat anders het gevaar van liquidaties in onder- en bovenwereld en ontwrichting van de maatschappij door geweld blijft doorgaan. Dat blijkt volgens de recherche ook uit de plannen van Taghi om gevangenispersoneel te bedreigen of om te kopen om zo te kunnen uitbreken.

Grote punt van zorg is wel dat de kopstukken ook vanuit de gevangenis doorgaan met criminele activiteiten. Inmiddels zijn tientallen leden van de mocromaffia tot zeer lange straffen veroordeeld en bij justitie leeft de vrees dat een substantieel deel van deze groep vroeg of laat probeert te ontsnappen of actief misdaadorganisaties blijft aansturen.

Veroordeling in hoger beroep voor moord op spyshop-directeur

4 september 2021 Crimesite

Voor het meewerken aan de liquidatie van Ronald Bakker (59) in 2015 in Huizen is Ali M. vrijdag in hoger beroep door het gerechtshof in Leeuwarden veroordeeld tot tien jaar en acht maanden cel. Ali M. werkte als “spotter” voor degenen die de moord aanstuurden. Volgens het Openbaar Ministerie waren dat onder meer de broers Mao Romo en Mario Romo en Ridouan Taghi, die terecht staan in het Marengo-proces.

Veroordeling in hoger beroep voor moord op spyshop-directeur

Het hof vindt dat Ali M. medeplichtig is aan de moord. In de maanden voorafgaand aan de moord hield hij het slachtoffer in de gaten en bracht zijn gangen in kaart. Zijn informatie stuurde hij door aan zijn opdrachtgevers met een pgp-telefoon. Bakker werd doodgeschoten door een schutter die op een motor wegreed. Justitie denkt dat Gerel Palm – die in Brazilië is aangehouden – de dodelijke schoten heeft gelost.

Bakker (59) werkte voor een spyshop in Nieuwegein. Hij werd op 9 september 2015 bij zijn huis in Huizen doodgeschoten.

De duur van de straf van Ali M. is gelijk aan die van de straf hij van de rechtbank kreeg. Een medeverdachte is niet in hoger beroep gegaan. Hij kreeg 15 jaar cel.

5 september 2021 In het Nieuws

ik weet dat Mao Romo heel hoge contacten heeft in Suriname die rechtstreeks in contact staan met Bouterse aldus Nabil Bakkali. Mao Romo wordt door kroongetuige Nabil Bakkali als levensgevaarlijk en een indirect contact van president Desi Bouterse wordt omschreven.