Ongelijkheid groter: meeste mensen werden afgelopen jaren armer, paar rijksten twee keer zo rijk

15 januari 2024 AD.nl

Elon Musk hoort bij de rijksten ter wereld. © Getty Images

De afgelopen drie jaar kreeg de mensheid een pandemie, oorlogen, een torenhoge inflatie en de gevolgen van de klimaatverandering over zich heen. In die tijd zagen de vijf rijkste mensen hun vermogen ruimschoots verdubbelen, terwijl bijna 5 miljard mensen juist armer werden. Ook in Nederland groeit de ongelijkheid.

Ongelijkheid groter: meeste mensen werden afgelopen jaren armer, paar rijksten twee keer zo rijk

Dat blijkt uit het nieuwste onderzoek van ontwikkelingsorganisatie Oxfam Novib naar de vermogensongelijkheid in de wereld. De verschillen worden alleen maar groter. Voor het eerst in 25 jaar is de vermogensongelijkheid tussen het noorden en het zuiden toegenomen. In het noorden woont 21 procent van de wereldbevolking en die bezit 69 procent van het wereldwijde vermogen, blijkt uit het onderzoek. Vrouwen lopen qua vermogen ook ver achter op mannen. Mannen hebben 1,5 biljoen meer vermogen dan vrouwen.

Inflatie

Inflatie is een van de belangrijkste oorzaken van de toegenomen ongelijkheid. Hogere prijzen raken de armen het hardst, zij moeten het grootste deel van hun inkomen aan voedsel en energie besteden, twee belangrijke veroorzakers van de inflatie. Rijkere mensen kunnen ondanks de inflatie een groter deel van het inkomen sparen en beleggen en zagen daardoor hun vermogen groeien.

Oxfam Novib zegt dat ook de grote multinationals bijdragen aan de groeiende ongelijkheid. De bedrijven maken recordwinsten de afgelopen jaren. Die winsten gaan naar de aandeelhouders, niet naar de werknemers. Zeven van de tien grootste bedrijven ter wereld hebben een miljardair als topman of grootaandeelhouder. De toename van het vermogen van de rijkste mensen is dus deels het gevolg van de exploderende winsten van hun bedrijven.

Rekening

De rekening ligt bij de werknemers. De lonen van 800 miljoen werkenden zijn minder gestegen dan de inflatie, waardoor hun koopkracht verder is uitgehold.

,,De belofte dat meer economische groei automatisch leidt tot meer welzijn en welvaart voor iedereen is al lang verbroken. Vooral grote bedrijven en de superrijken profiteren. Niet voor niets was ‘graaiflatie’ het woord van het afgelopen jaar. De harde cijfers uit ons rapport leggen dit nu bloot”, aldus Michiel Servaes, de directeur van Oxfam Novib in Nederland.

Zonder ingrijpen zal de scheef­groei alleen maar schever worden

Michiel Servaes, directeur Oxfam Novib Nederland

Nederland

Ook in Nederland is de ongelijkheid groot, blijkt uit het rapport. De rijkste 1 procent van de Nederlanders heeft een kwart van het totale vermogen. Het aantal miljardairs steeg tot het recordniveau van 51. Ook in Nederland stijgen de beloningen voor topbestuurders sneller dan de salarissen van de werknemers. Topbestuurders bij Nederlandse multinationals hadden na één week al evenveel verdiend als iemand met het minimumloon in een jaar.

Een belangrijke oorzaak van de groeiende ongelijkheid is het belastingstelsel. Arbeid wordt in Nederland zwaarder belast dan vermogen. In de praktijk betekent het dat de rijkste 1 procent gemiddeld 20 tot 30 procent belasting betaald. Terwijl de gemiddelde Nederlander 40 procent van zijn of haar loon aan de fiscus afdraagt.

En dat vraagt om actie, vindt Servaes. Zo wil hij een extra vermogensbelasting voor de superrijken. Dat geld kan dan gebruikt worden om de ongelijkheid te verminderen. ,,Politici die pleiten voor meer bestaanszekerheid moeten beseffen dat dit alleen kan door een eerlijkere verdeling van welvaart. Zonder ingrijpen zal de scheefgroei alleen maar schever worden.’’

Armoede en tweedeling

Hoe we een aanval op onze democratie kunnen voorkomen (voordat het te laat is)

8 maart 2021 Loeke de Waal NPO3.nl Brandpuntplus

Hoewel de avondklokrellen in Nederland en de aanval op het Capitool in Amerika twee losstaande gebeurtenissen lijken, zijn ze fundamenteel geworteld in hetzelfde: wantrouwen in instituties. Hoe voorkomen we een gelijksoortige escalatie?

 

Hoe we een aanval op onze democratie kunnen voorkomen (voordat het te laat is)

Een politieke situatie escaleert niet plotseling, dat gebeurt geleidelijk. Wanneer je een kikker in een pan met kokend water legt, springt-ie er uit. Het is te heet om te overleven. Maar als je het dier in een pan met koud water doet en het water langzaam aan de kook brengt, blijft die zitten. Uiteindelijk gaat de kikker dood, omdat het gevaar te lang niet waarneembaar was. In de Verenigde Staten bereikte het water een kookpunt op 6 januari 2021 in het Capitool in D.C.. 

Ook Nederland zit in steeds heter wordend water. De vraag is of de bestorming van het Capitool een voorbode is voor een soortgelijke escalatie die leidt tot actie op, bijvoorbeeld, het Binnenhof na onze eigen verkiezingen op 17 maart. Dat er genoeg voedingsbodem is, lijkt met de bereidheid met potten en pannen te demonstreren op het Binnenhof tijdens Rutte’s toespraak in december 2020 en de rellen rondom de avondklok aannemelijk. 

Hoewel de avondklokrellen in Nederland en een aanval op een groot democratisch instituut in Amerika twee losstaande gebeurtenissen lijken, zijn ze fundamenteel geworteld in hetzelfde: wantrouwen in instituties. “Daarmee bedoelen we zowel de politieke instituties, en daarmee de democratie, als de rechterlijke macht, de pers en de wetenschap”, vertelt professor Leo Lucassen, directeur van het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis. 

Eind januari 2021 schreef hij een column in NRC Handelsblad waarin hij onder andere waarschuwde voor de ondermijning van het democratisch stelsel door de retoriek van lijsttrekkers Thierry Baudet (FvD) en Geert Wilders (PVV). “Er is een vergelijkbaar klimaat in de VS en Nederland waarin dit zich afspeelt”, licht hij aan de telefoon toe. “Met name radicaal rechts voedt de erosie van instituties en het wantrouwen erin, via sociale media en andere kanalen, met de bijbehorende complottheorieën.”

Een giftige cocktail

Een ‘tamelijk giftige cocktail’ waarin wordt geroerd, zoals Lucassen het beschrijft. Maar hoe werd die gemixt? Volgens Lucassen heeft dat verschillende oorzaken die elkaar wederzijds beïnvloeden. “Als je naar West-Europa en Noord-Amerika kijkt, is er een deel van de bevolking dat de politiek en de overheid wantrouwt of zelfs afwijst, omdat het sociale contract tussen burger en overheid in hun ogen deels eenzijdig is verbroken. Daarbij gaat het in Europa vooral om het versoberen van de verzorgingsstaat, het flexibiliseren van de arbeidsmarkt en het geïnstitutionaliseerde wantrouwen in de burger, zoals we bij de toeslagenaffaire zien. Het neoliberale beleid dat veel aan de markt wil overlaten en de burger als klant ziet, heeft daar veel aan bijgedragen en het sociale vangnet uitgehold.”

Maar dat is maar één deel. Want we weten dat de aanhang van Donald Trump in Amerika en in Nederland bijvoorbeeld Thierry Baudet en Forum voor Democratie niet alleen uit lager opgeleide of arme kiezers bestaat. Er vlogen tenslotte verschillende mensen met hun privéjet naar Washington D.C. in januari. “Dus ook de middenklasse en hoger hangen deze partijen aan. Daar zien we een ander mechanisme optreden, één dat onderdeel is van een racistische tendens. Namelijk dat men eigenlijk niet bereid is minderheden en migranten als volwaardige burgers, en daarmee diversiteit, te accepteren”, vertelt Lucassen. 

“Identiteitspolitiek”, zegt Nugah Shrestha daarover, die het Instagramaccount @politieke_jongeren oprichtte om jongeren te informeren over de politiek. Het account heeft inmiddels bijna zestigduizend volgers. “Dat was de laatste twee verkiezingen ook zichtbaar in Amerika. Mensen stemden voor een politicus en een beleid dat eigenlijk hun eigen vooruitgang in de weg stond, omdat ze liever op iemand stemmen die hun sociale identiteit waarborgt. In Nederland lijken bijvoorbeeld minder betaalbare huisvesting, duurdere zorg, hogere leefkosten en verminderd toekomstperspectief voor jongeren ook een minder belangrijke rol te spelen bij het stemmen.”

Wat je aandacht geeft, groeit

“En”, vult Devika Partiman, oprichter van de stichting Stem op een Vrouw, later aan, “we moeten de normalisering van radicale standpunten niet vergeten.” Dat punt halen ook Lucassen en Shrestha aan, maar Partiman dicht het specifiek toe aan de verkiezing van Trump in 2016. “Kort daarna zag ik grote kranten redactioneel commentaar plaatsen dat ze die verkiezing niet aan hadden zien komen en ze dus hun lezers en het Amerikaanse volk wellicht niet zo goed kenden als gedacht. Ze kondigden aan namens de journalistiek het volk beter te proberen te begrijpen en vertegenwoordigen. Hoewel ik op dat moment goed begreep wat ze wilden bereiken, heeft die aanpak er nu denk ik toegeleid dat extreemrechts een veel groter podium heeft gekregen.”

“We denken dat we in touch moeten blijven met iedereen. Maar wat je aandacht geeft, groeit. De meest radicale opmerkingen zijn we daardoor minder radicaal gaan vinden.”

Opiniemakers die het democratisch stelsel wilden eroderen en de journalistiek en rechtsstaat aantasten, werden gehoord. “En dat zie je in Nederland ook steeds meer”, legt ze uit. “We denken dat we in touch moeten blijven met iedereen. Maar wat je aandacht geeft, groeit. En de meest radicale opmerkingen zijn we daardoor minder radicaal gaan vinden. Dat wordt in het kader van de vrijheid van meningsuiting gezien als iets positiefs, maar binnen de één zijn vrijheid van meningsuiting kunnen de rechten van een ander worden geschonden, want discrimineren mag bijvoorbeeld wettelijk niet.” 

Een belangrijke reden voor het heter wordende water in Nederland is ook het zogeheten ‘voet-tussen-de-deur-fenomeen’, in 1966 geclaimd door psychologen Jonathan Freedman en Scott Fraser aan de Stanford University. Het fenomeen gaat over de neiging van mensen om medewerking te verlenen aan grote verzoeken, als ze eerst al kleinere verzoeken hebben uitgevoerd. De techniek met dezelfde naam wordt ingezet om mensen te laten doen wat jij wil, waarbij er eerst kleine voorstellen worden gedaan, zoals met potten en pannen kletteren wanneer Rutte het land toespreekt, en later het grote verzoek volgt, zoals civiele oproer. 

Dat deed Thierry Baudet expliciet op 18 februari in Katwijk en twee dagen later opnieuw in Vlissingen. Tijdens de campagnebijeenkomst voor Forum voor Democratie riep hij, geheel volgens Trumps draaiboek, toeschouwers op “de vrijheid te heroveren” op 17 maart door het vormen van “het grootste civiele leger dat dit land ooit heeft gekend”. Onthaald met heftig geknik, geklap en gejoel. “Maar hij doet niets minder dan een oproep tot een burgeroorlog”, reageert Devika Partiman. “Als Baudet dit soort dingen in elke stad tegen zijn aanhangers blijft zeggen, blijft de kans op escalatie aanwezig. Laten we er dus met zijn allen voor zorgen dat die climax zoals die er in de Verenigde Staten was, hier niet zal plaatsvinden”, zegt Nugah Shrestha.

“We zien helaas steeds vaker dat er in de politiek domweg gelogen wordt.”

Hoop door evenredige vertegenwoordiging

Waar Nederland en de Verenigde Staten juist verschillen is reden voor hoop bij Lucassen, Partiman en Shrestha. “Vooral vanwege ons kiesstelsel dat werkt volgens evenredige vertegenwoordiging”, zegt Leo Lucassen. “Het is niet the winner takes all”, zoals in de VS voor de Democratische partij geldt. Devika Partiman legt uit: “Je hebt straks dus niet de helft van de bevolking die het gevoel heeft te verliezen na een verkiezingsuitslag. Dat scheelt. Als een partij wint waar je het niet mee eens bent, zal er namelijk niet gelijk worden gedacht dat het Tweede Kamergebouw nu in handen is van die ene partij en terugveroverd moet worden.”

Maar er moeten wel lessen getrokken worden uit de situatie in de VS om optimistisch te blijven. De belangrijkste volgens Leo Lucassen, Devika Partiman en Nugah Shrestha? Het aanspreken en verantwoordelijk houden van politici op onwaarheden. “We zien helaas steeds vaker dat er in de politiek domweg gelogen wordt”, begint Partiman. “Zo profileert de PVV zich bijvoorbeeld als partij voor de zorg en zwakkeren, maar als je kijkt naar hun stemgedrag in de Tweede Kamer komt daar bijzonder weinig van terecht.” De partij stemde in de afgelopen jaren onder andere tégen het verlagen van prijzen voor geneesmiddelen en vóór hogere eigen bijdragen en bezuinigingen op persoonsgebonden budget en begeleiding in de ouderenopvang. “Het maakt minder uit wat je doet, als je maar zégt dat je iets gaat doen”, concludeert Partiman.

Het is belangrijk juist dat scherp in de gaten te houden, vindt ook Lucassen. “Daar is Timothy Schneider [fascisme Historicus en professor geschiedenis aan Yale University] in Amerika een goed voorbeeld van. Hij trok daar de parallellen met een dictatuur en legde uit dat het in het verleden niet zozeer misging omdat partijen met fascistische denkbeelden te groot werden, maar dat andere partijen te veel meegingen in dat gedachtegoed. Er zal dus een beweging moeten komen die politici erop wijst wanneer ze zich op glad ijs begeven. En dat is ook precies wat je in een democratische samenleving doet.”

In Nederland blijkt uit cijfers van het CBS dat deze verkiezingen 810.000 jongeren voor het eerst mogen stemmen en dus goed zijn voor ongeveer 12 zetels.

Of we die les ter harte nemen, is een tweede. De bal ligt bij politici om niet mee te waaien met de winden van het populisme en extremisme, bij de media om zorgvuldig om te gaan met het podium dat ze hebben en wie ze dat bieden en hoe, maar ook bij ons, de burgers. 

Invloed uitoefenen doe je zo

Hoe? Door al deze partijen scherp te houden en – natuurlijk – door op 17 maart te stemmen. Dat gebeurde in de Verenigde Staten ook met succes. Op 7 november 2020 werd Donald Trump verslagen in de race voor het presidentschap door de Democratische Joe Biden. Dat werd onder andere mogelijk gemaakt door de ‘flip’ van Georgia, waar voor het eerst een Democratische president de staat won sinds 1992, dankzij het harde werk en team van politica en stemrechtactiviste Stacey Abrams. Hun uitgangspunt was helder: overtuig met name jonge kiezers van kleur, die voor het eerst mogen stemmen, van het belang van hun stem, ongeacht voor wie die stem is. Ze kregen het voor elkaar 800.000 nieuwe stemmers te registreren, waarna de Democraten de staat Georgia met 10.000 stemmen wonnen.

In Nederland blijkt uit cijfers van het CBS dat deze verkiezingen 810.000 jongeren voor het eerst mogen stemmen en dus goed zijn voor ongeveer 12 zetels. Als je die groep uitbreidt met alle kiezers tot ongeveer 36 jaar gaat het over meer dan 3,6 miljoen kiezers die, als iedereen op 17 maart op komt dagen, in totaal ruim een derde van de 150 zetels in de Tweede Kamer kunnen bepalen. Je hoeft dus geen influencer te zijn om invloed te hebben, het is dit jaar genoeg om iedereen in je omgeving te overtuigen te gaan stemmen. 

Zelfs stemmen op een kleine partij die wellicht niet in de Kamer komt heeft zin, want zo zet je wel hun thema’s en daarmee mogelijk voor jou belangrijke punten op de politieke agenda.

Dat is nodig, want als we de peilingen geloven, verandert de samenstelling van de Tweede Kamer ogenschijnlijk nog weinig. Maar, zeggen Partiman en Titia Hoogendoorn, co-auteur van Waarom Je Niet Zomaar Moet Stemmen Waar Je Ouders Op Stemmen, als je politieke verandering wil, is dat nog geen reden bij de pakken neer te gaan zitten. “Er is kans op een hele andere coalitie en dan verandert de meerderheid bij elke stemming op een wetsvoorstel automatisch”, zegt Hoogendoorn. 

“En veel namen op de partijlijsten zijn nieuw. Dus, zelfs als de zetels ongeveer gelijk verdeeld blijven, zitten er straks andere mensen in de Kamer en verandert de samenstelling wel degelijk. Er staan al meer vrouwen op de lijsten en er is iets meer diversiteit”, vult Partiman aan. Zelfs stemmen op een kleine partij die wellicht niet in de Kamer komt heeft zin, want zo zet je wel hun thema’s en daarmee mogelijk voor jou belangrijke punten op de politieke agenda. 

“Kijk dan na de verkiezingen vooral ook de komende vier jaar aan. Het moment dat mensen toe zijn aan iets radicaal anders dient zich uiteindelijk wel aan”, besluit Partiman. In de tussentijd kun je altijd demonstreren, op sociale media van je laten horen en politici direct mailen. “De adressen zijn openbaar en politici zijn over het algemeen goed te bereiken”, weet Nienke Schuitemaker, werkzaam bij ProDemos en Hoogendoorns co-auteur van het boek Waarom Je Niet Zomaar Moet Stemmen Waar Je Ouders Op Stemmen. “Het beste wat je kunt doen, is je realiseren dat politici ook gewoon mensen zijn. Zoek ze op waar zij zichzelf aanbieden als jouw volksvertegenwoordiger. Want natuurlijk is er veel te zeggen voor het feit dat de overheid meer open zou moeten staan voor jongeren, maar je kunt ook zelf je mond opentrekken.”

Waarom we in Nederland moeten vrezen voor een bestorming als in Amerika

11 januari 2021 Johna Jansen van Galen NPO Radio 1

John Jansen van Galen vreest voor een bestorming in Nederland naar het Amerikaans voorbeeld. ”Het vertrouwen van burgers in de overheid is verloren”, stelt hij in zijn column voor OVT. Daarom moet volgens hem de Nederlandse staat zo gauw mogelijk een nieuw sociaal contract aangaan.

Waarom we in Nederland moeten vrezen voor een bestorming als in Amerika

Aanval op democratie

Zo’n massale aanval op het hart van de democratie: is zoiets ook hier denkbaar? Veel Nederlanders doen er verbijsterd en een tikje meewarig over: nee, zo zijn wij niet. Maar drieëneenhalve eeuw geleden viel een onveranderlijk als ”opgehitst, woedend en dronken” beschreven menigte het Haagse hart van de Republiek aan, rammeide de toegang tot de Gevangenpoort, stortte zich op de lijken van de gebroeders De Witt en voerde hun ingewanden aan de honden. Hoezo zijn wij zo niet?

Is zoiets ook nu denkbaar? Ik zou geneigd zijn te zeggen van niet, we zijn er te gematigd en te verdraagzaam voor. Maar in de Volkskrant schrijft James Kennedy, Nederlander van Amerikaanse afkomst, hoogleraar geschiedenis, verstandig man: ”Tot mijn schrik delen Trumps meute en ik onze vervreemding.” Dat betreft dan zijn gevoel van vervreemding tegenover de Amerikaanse staat, maar dat gevoel kan hier op den duur ook onze houding tegenover de overheid gaan bepalen. Misschien is het al bezig wortel te schieten.

Burgers slachtoffer

Hoe kon het bijvoorbeeld gebeuren dat de Nederlandse staat zijn burgers als vijanden en verdachten is gaan bejegenen, zoals de kinderopvangtoeslagenaffaire laat zien? Dat in overspannen fraudejacht de bijstandswet met maximale hardvochtigheid werd uitgevoerd zodat je niet meer mag betalen voor de boodschappen van je dochter? En let wel, telkens zijn daarvan dezelfde mensen het slachtoffer: de bewoners van het vmbo-Nederland, die toch al een gering en slinkend vertrouwen hebben in de democratie.

In 1672 was er geen democratie. De Republiek werd bestuurd door regenten die niets moesten hebben van Oranje maar zich ook hovaardig boven het gepeupel stelden. Toen in dat jaar voor Nederland de oorlogskansen keerden, weet het volk dat dus aan verraad door de elite die zich niks aan hen gelegen liet liggen. De gebroeders De Witt moesten het totterdood ontgelden.

Polarisatie

Volgens James Kennedy is de polarisatie in Amerika sedert de jaren negentig steeds verder aangewakkerd. Dat begon met Newt Gingrich, maar het werd pas hevig toen de Tea Party in deze eeuw het massale ongenoegen onder de burgerij effectief ging exploiteren.

Hier begon het in 2002 met de moord op Pim Fortuyn waarbij volgens menigeen de kogel van links kwam. Den Haag werd het toneel van hevige rellen: het Binnenhof omsingeld, brand gesticht in de parkeergarage. Het was niks vergeleken bij Washington afgelopen woensdag, maar het wantrouwen jegens de elite en de media kreeg vaste voet aan de grond en zou niet meer verdwijnen.

Vertrouwen verloren

Het is dus ook hier uitkijken met het broze politieke bestel. Een op de zes stemmers schaart zich achter populistische partijen en we mogen ons in de handen knijpen dat Thierry Baudet zichzelf de das omdeed. Maar Geert Wilders blijft een vaste waarde voor liefst een op de zes kiezers en de onvrede over coronamaatregelen ondergraaft het vertrouwen in het gevoerde beleid verder.

Hoe dat vertrouwen terug te winnen en uitbarstingen als in Washington te voorkomen? Dat zal om de dooie dood niet gemakkelijk zijn want zoals u weet: vertrouwen komt te voet en gaat te paard. Na de kinderopvangtoeslagenaffaire moet de Nederlandse staat met zijn burgers niet minder dan een nieuw sociaal contract aangaan, gebaseerd op beginselen van recht en redelijkheid en de garantie dat de overheid haar beloften nakomt. Anders vrees ik dat ook Den Haag eerlang door een woedende menigte bestormd zal worden.

11 januari 2021 In het Nieuws

In Nederland groeien volgens het SCP 315.000 kinderen en jongeren tot 21 jaar op in armoede. Kinderen in Nederland die opgroeien in armoede lopen vaak een achterstand op die nauwelijks nog in te lopen is. Lodewijk Asscher was in het kabinet-Rutte II als minister van Sociale Zaken verantwoordelijk voor de Toeslagenaffaire. Lodewijk Asscher: Ik neem verantwoordelijkheid voor een aantal dingen die niet goed zijn gegaan in Rutte II maar zonder gepaste en noodzakelijke consequenties.

Tien jaar Mark Rutte en tien jaar Neoliberalisme.

Aan Pieter Omtzigt – Briefje van Jan 10 oktober 2020

Pieter Omtzigt vertrouwde Erik de Vlieger én zijn co-presentator Sven Hazelhekke na de uitzending toe dat Mark Rutte er hoogstpersoonlijk voor had gezorgd dat je van het Demmink-dossier werd afgehaal.

Joris Demmink heeft zich nooit voor de rechter hoeven verantwoorden voor de vermeende verkrachting van twee Turkse jongens in de jaren ’90. Joris Demmink is een prominente VVD’er. Joris Demminkwas tot 1 november 2012 secretaris-generaal van het Ministerie van Justitie.